Mijn interview met Wierd Duk
“Ik zie met leedwezen aan wat er allemaal gebeurt. Mensen van onze leeftijd hebben een heel ander Nederland gekend, een veel fijner Nederland vooral."
Dit spraakmakende interview werd afgelopen zaterdag op GS geplaatst.
Poetin-Versteher
Duk: “Ik was correspondent in Moskou en later in Berlijn. Rusland was toentertijd, in de jaren 90, gewoon zoals Chicago in de jaren 20: die samenleving was totaal gecriminaliseerd. De maffia was er aan de macht. De staat functioneerde niet meer, was overgenomen door die criminele bendes. En dat was overal zo in de voormalige Sovjet-Unie. Overal waar ik kwam, zag ik Neanderthalers die de dienst uitmaakten op straat. Her en der waren opstanden en conflicten, ik reisde er naar toe, versloeg de oorlog in Tsjetsjenië. Die ervaringen hebben van mij een ander mens gemaakt, van de naïeve, goedgelovige Nederlander in mij bleef bar weinig over. Dat beïnvloedt ook mijn analyse en beeld van de oorlog in Oekraïne. Media, politici en commentatoren in Nederland beschrijven de Oekraïners graag als de good guys en de Russen als de bad guys. Maar ze hebben echt geen idee wie of wat Oekraïners zijn. Die oudere generaties daar hebben dezelfde socialisering doorgemaakt als de Russen, ze werden volwassen te midden van corruptie, criminaliteit, een afwezige rechtsstaat, lak aan mensenrechten. Maar in westerse ogen is Oekraïne ineens een land vol voorbeeldige democraten, die mede namens ons vechten voor westerse normen en waarden. Allemaal mooi en aardig hoor, en ik gun Oekraïne een toekomst zonder die eeuwige, deprimerende en destructieve Russische bemoeienis, maar het is natuurlijk flauwekul.
Toen mijn toenmalige Russische vrouw en ik naar Berlijn verhuisden, moesten we echt afkicken. Er gebeurde in mijn ogen helemaal niets daar. Berlijn was ook een heel lege stad in vergelijking met Moskou. Ik was crisis- en oorlogsverslaggeving gewend en moest opeens naar partijcongressen van de CDU en de SPD en schreef stukken over de intimidatie-architectuur van de Potsdamer Platz. Nederland was dichtbij en ik kwam er regelmatig. Het land bleek een soort kleuterschool. Precies wat Marente de Moor ook al zei, we woonden gelijktijdig in Rusland. Dat is best verbijsterend eigenlijk, hoezeer die werelden van elkaar kunnen verschillen en ook echt een ander menstype voortbrengen. In Nederland betekent dit dat volwassen mensen met een enorm naïef wereldbeeld – politici, bestuurders, journalisten - denken dat ons land een gidsland dient te zijn, het morele kompas van de wereld. In die keiharde wereld waar ik destijds vandaan kwam, moest men daar smalend om lachen. Ik herinner me dat ik een keer bij Hendrik-Jan Schoo zat, de toenmalige hoofdredacteur van Elsevier, het tijdschrift waar ik voor werkte. We spraken over de uitbreiding van de EU en de Navo met Oost-Europese landen en de zorgen die ik mij daarover maakte. Ik zei: “Het Westen kent de Russen niet. Ze hebben geen idee wat ze zich op de hals halen en wat er op ons afkomt”. Nou, dat is gebleken, helaas. Ik geloof dat Schoo, die een scherpe blik had op de wereld, het wel met mij eens was. ”
De Willkommenskultur
“In 2015 kwam de vluchtelingencrisis naar Duitsland, met die Willkommenskultur van Merkel. Daar had ik een mening over. Ieder mens zonder oogkleppen kon zien aankomen dat dit fout zou gaan. Maar ik was een van de weinige journalisten die er voor waarschuwden – nou ja, die de problemen beschreef die immigratie op zo’n reusachtige schaal met zich meebracht - want immigratie is immers goed, altijd. De Duitse kranten, destijds nog stram politiek-correct, zwegen in meerderheid als het graf. Er waren wat rechtse websites die er kritisch over berichtten en natuurlijk de geweldige Zwitserse NZZ, de Neue Zürcher Zeitung, sowieso de beste Duitstalige krant by far. Ik bezocht opvangcentra, sprak met vluchtelingen, vrijwilligers en politici. Toen werd al snel duidelijk dat dit mis zou gaan. De dag na de rellen bij het centraal station in Keulen op oudejaarsavond 2015, schreef ik dat het ging om jonge immigranten, vooral Noord-Afrikanen. Iedereen die ooit in Keulen was geweest, wist dat het daar altijd wemelde van de Marokkaanse en Algerijnse junks, dealers en boeven. Nou, toen was ik dus een ‘islamofobe racist’. De usual suspects op de sociale media kwamen in opstand, met name die Francisco van Jole van de VARA, en begonnen mij te framen. Dat werd op een gegeven moment heel heftig, heftiger nog dan nu. De sfeer was destijds ook in Nederland nog enorm politiek correct en er heerste rond allerlei sites en personen een soort cordon sanitaire. Daar hoorde GeenStijl bij, maar ook mensen als Bert Brussen van The Post Online. Als je die zelfs maar retweette, was je in mainstream kringen al verdacht. Ik vond het verschrikkelijk benepen en kleingeestig allemaal, dacht: wat een stel zeloten zijn die Nederlanders joh, waar is het open debat?”
Douglas Murray
“Ik werkte freelance voor het Algemeen Dagblad vanuit Berlijn en kreeg er, toen ik terugkeerde naar Nederland, een vaste rubriek: Wierd Duk peilt de stemming. Ik ging het land in en sprak vooral met mensen die normaal gesproken het AD niet snel zouden halen. De ‘afgehaakten’, zoals René Cuperus en Josse de Voogd hen noemen. Ik hoorde later dat een aantal van de rompkranten van het AD, de regiokranten in de provincie, problemen hadden met die rubriek en die liever niet wilden plaatsen, want ik had bijvoorbeeld ook PVV-stemmers aan het woord gelaten. Dat was nog in de tijd dat de hoofdredacteuren van die regiokranten meest van die hardcore PvdA’ers waren, geprivilegieerde blanke mannen met een mooi salaris en een in beton gegoten links wereldbeeld. Het type Tony van der Meulen zeg maar, die baas was bij het Brabants Dagblad en in zijn column over werkelijk alles in de wereld een voorspelbare stijf-linkse en arrogante mening te berde bracht. Rond de opkomst van Fortuyn heeft hij heel lelijke dingen geschreven, herinner ik mij.
Op zeker moment werd Hans Nijenhuis hoofdredacteur bij het AD. Ik kende Hans vrij goed uit onze gezamenlijke tijd in Moskou, waar hij correspondent was voor NRC. We hadden nog samen gereisd daar. Een uitstekende, goed schrijvende journalist, maar een heel ander type dan ik, haha… Laten we zeggen: een stuk ambitieuzer. Hans zat duidelijk met mijn ‘rechtse’ bijdragen in z’n maag, volgens mij vond hij mijn serie maar niks. De bom barstte nadat ik Douglas Murray had geïnterviewd over zijn boek over Europa. Dat was echt een goed verhaal – het stond al op de pagina’s ingetekend notabene - maar Nijenhuis wilde het niet in de krant hebben, mede omdat zijn gidskrant The Guardian had geschreven dat Murray eng rechts is en ‘Murray denkt net als jij, dat wordt teveel van het goede’. Toen besloot ik om weg te gaan bij het AD.”
Murray tegen Duk:
Pim Fortuyn begreep wat er gaande is, zegt Murray. ,,Maar jullie politici en media besloten om hem te demoniseren. En de moordenaar is weer op vrije voeten. De prijs die je in dit land betaalt voor een politieke moord is kennelijk buitengewoon gering. Als politieke moed zo veel risico met zich meebrengt, dan zullen nog maar weinigen bereid zijn om die stap te zetten. Kijk hoe Thierry Baudet nu wordt aangepakt. Levensgevaarlijk. Die activisten kennen geen schaamte, of ze hebben geen idee wat ze doen, of het maakt ze niks uit. Wat leiders als Merkel moeten doen, waarschuwt Murray, is de argumenten van hun critici serieus nemen. ,,Geef antwoord op hun vragen. Maar wat zeggen ze? 'Wen er maar aan'. Nu is het nog zo dat je als politicus alleen een prijs betaalt als je kritiek hebt op immigratie en de islam. Maar ooit, na weer een aanslag, zal het publiek zich tegen Merkel en Rutte en hun collega's keren en zeggen: dit is jullie schuld, waarom hebben jullie ons dit aangedaan? Dan zullen zij politiek én persoonlijk rekenschap moeten afleggen."
Duk: “Paul Jansen, de toenmalige hoofdredacteur van de Telegraaf, kwam ter ore dat ik weg wilde, we zijn gaan praten en de rest is geschiedenis. Wat trouwens ook nog meespeelde bij mijn vertrek, was de kwestie rond Juliette Rot, het raadslid in Zaandam. Die was door lokale Turken bedreigd, met name door de rapper Ismail Ilgun. Ik nam het op voor Juliëtte, een baken van moed en helder denken in troebele tijden, waarna Hans Nijenhuis het lumineuze idee opvatte om die gast, Ilgun, videoreportages te laten maken voor het AD – een nare loser die een vrouw en raadslid had geïntimideerd!”
Duk: Juliëtte Rot is voor veel Nederlanders een symbool geworden van kalme standvastigheid en redelijkheid. Als vrouw van 45 kilo en nauwelijks 1,65 meter neemt ze het op tegen grofgebekte, brutale jongemannen. Onverschrokken. "Ik doe altijd een stap naar voren. Nooit naar achteren. En bang ben ik niet, daar ben ik te kwaad voor." Vandaag zou ze spreken met een van de vloggers. "Die mailde me. Hij was gefilmd in de Audi Q7 van zijn vader toen hij met zijn vrienden bij mij langsreed. Hij is nu bang dat z'n vader boos wordt.
Het Land van Wierd Duk
“Paul Jansen gaf mij een wekelijkse pagina in de Telegraaf op de donderdagen, waar ik een serie kom beginnen – ‘In Nederland’, heet die -, verder heb ik een wekelijkse podcast Het land van Wierd Duk, waar veel mensen heel trouw naar luisteren en waar erg veel op wordt gereageerd, en uit die serie kwam een boek voort: Wierd Duk in Nederland Ik zie het als pure, ouderwetse verslaggeving: ik meet wekelijks de temperatuur van Nederland, kom overal, reis ergens naar toe, spreek met de mensen en schrijf op wat ik zie en hoor. Dat is wat ik als correspondent ook deed: een beeld schetsen van hoe mensen leven, wat hen overkomt, wat hun milieu is. Ik ben een soort correspondent in eigen land, dat werk is mij ook echt op het lijf geschreven. De mainstream media hebben dit handwerk grotendeels laten liggen nu veel draait om opinies en snelle, online berichtgeving. Daarbij komt dat media als Volkskrant en NRC zozeer zijn geïdeologiseerd en gepolitiseerd dat stukken over ‘gewone mensen’ al snel lezen als waarschuwingen vanuit een elitaire bubbel: pas op voor de woeste Wilders-stemmers! Die blik van de rijk-linkse grachtengordel vind ik vooral heel pedant. Het is eigenlijk best opmerkelijk dat je bijna nergens het geluid tegenkomt dat je in de Telegraaf kunt lezen, vooral ook dankzij ijzersterke, uitgesproken columnisten als Leon de Winter, Rob Hoogland, Nausicaa Marbe, Ronald Plasterk, Roderick Veelo, Marianne Zwagerman. Ook daarin heeft Paul Jansen een voorname rol gespeeld. Paul was echt een uitstekende hoofdredacteur en heeft in Kamran Ullah en Esther Wemmers waardige opvolgers. De hoofdredactionele commentaren, met name ook die over Israël en de oorlog in Gaza, zijn mij uit het hart gegrepen.”
Wilders
“Als de media dat veldwerk beter hadden gedaan, dan hadden ze de grote winst van Wilders kunnen zien aankomen. Ik sprak weken voor de verkiezingen opvallend veel mensen die voor het eerst PVV gingen stemmen, die voorheen daar niet over zouden hebben gepiekerd, ook allochtonen. Ik besloot een aantal van hen te interviewen en had op de dag van de verkiezingen een heel stuk klaarstaan met die ‘nieuwe’ PVV-stemmers. Na de uitslag kon dat onmiddellijk online. Voor vrijwel alle commentatoren en media - behalve voor Maurice de Hond - kwam de uitslag als een schok en verrassing. Ja, dat is ook niet verwonderlijk natuurlijk als je dag in dag vanuit je ivoren mediatoren die rechts-nationalistische kiezers uitmaakt voor rotte vis, dan bouw je geen contacten op in dat milieu en weet je niet wat er in dat deel van de samenleving speelt. Ik begrijp dat gebrek aan nieuwsgierigheid niet. Hetzelfde zag je tijdens de coronatijd. Ik was het zeer oneens met de antivaxxers en werd door een aantal van hen op sociale media beschimpt als de ‘prikpusher van Hugo’, maar ik was wel benieuwd naar wat hun opvattingen precies waren en waar die uit voortkwamen. Dus ik ging met die mensen praten, voor zover ze daartoe bereid waren dan, terwijl ze verder in de media toch vooral werden gedemoniseerd en belachelijk gemaakt. En heerst zoveel koudwatervrees bij de MSM: als je PVV-kiezers aan het woord laat, dan draag je alleen maar bij aan het succes van Wilders – dat idee - en dat moeten we met zijn allen niet willen natuurlijk. Rutte 4 is nog steeds aan de macht en dat vind ik enorm pijnlijk. Er is nog helemaal niks veranderd, ook in de media niet. Ik zie vooral allerlei krampachtige pogingen om de totstandkoming van een kabinet-Wilders te saboteren. Ze gaan gewoon door op de oude voet, maken de verkiezingswinnaars belachelijk omdat die niet kunnen leveren. En het moet gezegd: met name Omtzigt en Wilders maken er ook echt een zooitje van. Dit land heeft dringend een centrum-rechtse regering nodig, een Kabinet van Nationale Wederopbouw, nú, onmiddellijk, er kan geen dag langer worden gewacht. En wat doen zij? Hopeloos…”
De antisemieten van GroenLinks
“Een kabinet Timmermans - met dus PvdA/GL - zou catastrofaal zijn, dat kan het land niet aan, dan zijn we over vier jaar gewoon helemaal naar de klote. Na 7 oktober is duidelijk geworden dat GroenLinks nooit mag regeren. Je mag nooit in zee gaan met een partij waar het wemelt van de rabiate antisemieten, zoals dit weekeinde ook weer nadrukkelijk te zien was op het partijcongres van GroenLinksPvdA. Nederland is al zo gepolariseerd, dat wordt met een links kabinet alleen maar erger. Ik zie nu al hoe mensen zich terugtrekken in parallelle gemeenschappen: teleurgesteld, boos en vol wrok, radeloos soms, maar vooral zonder enige hoop op échte verandering. De Nederlandse volksgemeenschap, voor zover die nog bestaat, is totaal ontrafeld geraakt. De Randstad tegen de rest van Nederland, zeggen we dan al snel, maar de kloof is vooral die tussen rijk en arm, hoogopgeleid tegenover praktisch opgeleid, de ‘elite’ tegenover de ‘afgehaakten’, ook binnen de grote steden en binnen de regio’s zelf. Atomisering, dat is wel een goede term om de algehele toestand van het land te omschrijven. De islam is in dat gat gesprongen, nadat de Nederlandse gemeenschapszin uit de grote steden is verdwenen, en de islam is er nu de dominante cultuur. Die islamitische cultuur is heel sterk en dwingend, terwijl de Nederlandse autochtone cultuur totaal versnipperd is geraakt, na zolang te zijn verdacht gemaakt door woke-linkse en islamitische activisten, die te pas en te onpas ‘racisme’ en ‘islamofobie’ schreeuwen en daarmee een dankbaar gehoor vinden bij politiek, bestuur en media. Gevolg: van de oorspronkelijke Nederlandse cultuur en identiteit is in die steden nog slechts een slap rudiment over: schuchter, aangeslagen en zonder trots. Die grootstedelijke problematiek stroomt nu ook over naar randsteden, plekken als, pak ‘m beet, Purmerend en Zaandam. En ook verderaf gelegen steden in de provincie ontkomen er niet aan. Ik was laatst op bezoek bij een vriend in Veendam, In een oud bankkantoor zitten daar nu Oekraïners. Elders in dat stadje is een noodopvang ingericht voor asielzoekers, een AZC. Dus wat je daar over straat ziet lopen zijn: Oekrainers, Syriërs, Afghanen, arbeidsmigranten uit Polen en Bulgarije. Veendam is in tien, vijftien jaar totaal veranderd. De echte Groningers, die daarmee om moeten gaan, denken: wat de fuck, wat gebeurt hier precies? Net zoals die mensen in Ter Apel natuurlijk denken waar ze in vredesnaam in terecht zijn gekomen. En die noorderlingen zijn dan zo gezagsgetrouw, die kijken in hun hart toch op naar Den Haag, Amsterdam en de landelijke media en de meesten van hen zwijgen wat bedremmeld, in plaats van met z’n allen met de vuist op tafel te slaan en te zeggen: hoor eens, wij waren decennia jullie wingewest voor het gas, en nu worden we hier overlopen door immigranten van wie een groot deel niets in Nederland heeft te zoeken. Nu is het wel mooi geweest!”
De vijfde colonne
“Ik zie met leedwezen aan wat er allemaal gebeurt. Mensen van onze leeftijd hebben een heel ander Nederland gekend, een veel fijner Nederland vooral. 7 Oktober heeft haarscherp laten zien wat er allemaal veranderd is. Vroeger hadden de Nederlanders massaal de kant van Israël gekozen – in elk geval van de Israëlische slachtoffers. Nu blijkt zich hier een omvangrijke en luidruchtige vijfde colonne te bevinden, die samen met hun niet-islamitische paladijnen de dienst denkt uit te kunnen maken – en dat op straat overigens al doet. Al dat tuig dat schaamteloos voor Hamas demonstreert en roept dat de Joden dood moeten: het is te walgelijk voor woorden. De maskers zijn definitief gevallen. Die maskers droegen ze al niet eens, in mijn ogen, maar dat wilde niemand zien. Ik vind het verbijsterend.”
Wat een fantastisch interview! Echt top. Fijn dat dit soort journalistiek nog bestaat.
Via Amsterdam en Rotterdam zijn we terecht gekomen in Bolsward.
Daar ervaren we (denken we) het Nederland zoals het ooit bedoeld was. Daarom is het pleidooi van Duk zo herkenbaar. En realistisch.